spillen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  spillen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • spil·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘nutteloos besteden’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1] [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
spillen
spilde
gespild
zwak -d volledig

Werkwoord

spillen [3]

  1. besteden
  2. verspillen
Afgeleide begrippen

Zelfstandig naamwoord

despillenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord spil

Gangbaarheid

  • Het woord spillen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
80 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.