stinkotters

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stinkotters    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈstɪŋkɔtərs/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • stink·ot·ters
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

destinkottersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord stinkotter
    • Bunzings zijn meer grondbewoners dan steenmarters en boommarters. Ze worden ook wel "stinkotters" genoemd. [1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'stinkotters' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.