stresserend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stresserend (hulp, bestand)
- IPA: / strɛˈserənt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- stres·se·rend
Woordherkomst en -opbouw
- stresseren ww met de uitgang -d
Werkwoord
| vervoeging van: | stresseren |
| verbogen vorm: | stresserende |
stresserend
- onvoltooid deelwoord van stresseren
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | stresserend | stresserender | stresserendst |
| verbogen | stresserende | stresserendere | stresserendste |
| partitief | stresserends | stresserenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
stresserend
- leidend tot geestelijke belasting, psychische druk veroorzakend
- Een tweede misverstand is dat stress alleen door overbelasting wordt veroorzaakt. Het blijkt echter dat mensen met eentonig weinig afwissend werk, waarbij nauwelijks een appel wordt gedaan op hun mogelijkheden, eveneens veel stress ervaren. Onderbelasting kan dus eveneens stresserend zijn. [1]
Gangbaarheid
- Het woord stresserend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stresserend" herkend door:
| 52 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Scholte, W."Hebben gereformeerden meer last van stress?" in: Nederlands Dagblad jrg. 40 kol. 9701 (31 juli 1984); p. 7 kol. 1; geraadpleegd 2018-06-10
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.