superb

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  superb (VS)    (hulp, bestand)
Woordherkomst en -opbouw
  • Van Latijn superbus. Voor het eerst aangetroffen omstreeks 1540.[1]

Bijvoeglijk naamwoord

stellend vergrotend overtreffend
superbmore superbmost superb

superb

  1. geweldig, superbe, uitmuntend, uitstekend, voortreffelijk
  2. groots, imposant, luisterrijk, majestueus

Verwijzingen

  1. ↑ superb, Online Etymology Dictionary
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.