surprendre

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  surprendre    (hulp, bestand)
  • IPA: /syʁ.pʁɑ̃dʁ(ə)/
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
surprendre
surprenais
surpris m, surprise v
derde groep volledig

Werkwoord

overgankelijk surprendre

  1. verrassen
  2. (iets onverwachts) overvallen
  3. betrappen (op een compromitterende situatie)
  4. misbruik maken (van iemands vertrouwen, het geloof in iemand)
    «Il a surpris la religion de ses juges.»
    Hij heeft misbruik gemaakt van het vertrouwen van zijn rechters.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.