taëls

Uitspraak

• Geluid:  taëls    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈtaɛls / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• ta·els

Woordherkomst en -opbouw

• taël met uitgang -s

Zelfstandig naamwoord

de taëls mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord taël

   • Gisteren was de koopman Liang Soen bij mij, vijf taëls eisend, dreigend mij voor de rechtbank te dagen als ik niet betaalde. ^[1]

Gangbaarheid

• Het woord 'taëls' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen