tabakte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tabakte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ta·bak·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
tabakken |
tabakte
- enkelvoud verleden tijd van tabakken
- Ik tabakte.
- Jij tabakte.
- Hij, zij, het tabakte.
- Ik tabakte.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.