tabuleerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tabuleerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ta·bu·leer·de

Werkwoord

vervoeging van
tabuleren

tabuleerde

  1. enkelvoud verleden tijd van tabuleren
    • Ik tabuleerde. 
    • Jij tabuleerde. 
    • Hij, zij, het tabuleerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord tabuleerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.