taxeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  taxeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • taxeer·de

Werkwoord

vervoeging van
taxeren

taxeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van taxeren
    • Ik taxeerde. 
    • Jij taxeerde. 
    • Hij, zij, het taxeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord taxeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.