temporaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: temporaal (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tem·po·raal
Woordherkomst en -opbouw
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | temporaal | temporaler | temporaalst |
| verbogen | temporale | temporalere | temporaalste |
| partitief | temporaals | temporalers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
temporaal
- (medisch) met betrekking tot de schedelbotten aan de zijkant van het hoofd, bij de slapen. (de 'os temporale').
- met betrekking tot de tijd, tijdelijk ??
Afgeleide begrippen
- [1] temporaalkwab
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord temporaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "temporaal" herkend door:
| 89 % | van de Nederlanders; |
| 84 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ temporaal op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.