terugkeek
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: terugkeek (hulp, bestand)
Woordafbreking
- te·rug·keek
Werkwoord
vervoeging van |
---|
terugkijken |
terugkeek
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van terugkijken
- ... dat ik terugkeek.
- ... dat jij terugkeek.
- ... dat hij, zij, het terugkeek.
- ... dat ik terugkeek.
Gangbaarheid
- Het woord terugkeek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.