tighten

Engels

vervoeging
onbepaalde wijs to  tighten 
he/she/it  tightens 
verleden tijd  tightened 
voltooid
deelwoord
 tightened 
onvoltooid
deelwoord
 tightening 
gebiedende wijs  tighten 

Werkwoord

tighten

  1. onovergankelijk zich spannen, zich verstrakken
  2. onovergankelijk krapper worden, zich verkrappen
  3. overgankelijk aanhalen [3], strakker aantrekken
  4. overgankelijk aanscherpen (v. maatregelen e.d.)
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.