tinnen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tinnen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tin·nen
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van tin met het achtervoegsel -en
stellend
onverbogen (alleen
attributief)
verbogen tinnen

Bijvoeglijk naamwoord

tinnen

  1. van tin vervaardigd
    • Hij gebruikte er een tinnen bord voor. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tinnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
89 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.