tonnen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tonnen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ton·nen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tonnen
tonde
getond
zwak -d volledig

Werkwoord

tonnen

  1. (verouderd) in een ton opbergen (van vis of vlees)
  2. (verouderd) met een ton afmeten (van turf)
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

detonnenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord ton

Gangbaarheid

  • Het woord tonnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.