traineerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  traineerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • traiĀ·neerĀ·de

Werkwoord

vervoeging van
traineren

traineerde

  1. enkelvoud verleden tijd van traineren
    • Ik traineerde. 
    • Jij traineerde. 
    • Hij, zij, het traineerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord traineerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.