trambestuurdertje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  trambestuurdertje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tram·be·stuur·der·tje

Zelfstandig naamwoord

hettrambestuurdertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord trambestuurder
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.