trombonistje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  trombonistje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • trom·bo·nist·je

Zelfstandig naamwoord

hettrombonistjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord trombonist
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.