tweewielig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tweewielig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • twee·wie·lig
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van twee en wiel met het achtervoegsel -ig
stellend
onverbogen tweewielig
verbogen tweewielige
partitief tweewieligs

Bijvoeglijk naamwoord

tweewielig

  1. uitgerust met twee wielen
    • Deze weg is alleen toegankelijk voor tweewielige voertuigen, zoals motorfietsen en voor ruiters te paard. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord tweewielig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.