uitbetaalden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitbetaalden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·be·taal·den

Werkwoord

vervoeging van
uitbetalen

uitbetaalden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van uitbetalen
    • ...dat wij uitbetaalden. 
    • ...dat jullie uitbetaalden. 
    • ...dat zij uitbetaalden. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitbetaalden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.