valt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  valt    (hulp, bestand)
  • IPA: /vɑɫt/
Woordafbreking
  • valt

Werkwoord

vervoeging van
vallen

valt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vallen
    • Jij valt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vallen
    • Hij valt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vallen
    • Valt! 

Gangbaarheid

  • Het woord valt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Turks

Zelfstandig naamwoord

valt

  1. ventiel
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.