vaporiseren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vaporiseren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • va·po·ri·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van het Franse vaporiser (met het achtervoegsel -iseren)
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vaporiseren
vaporiseerde
gevaporiseerd
zwak -d volledig

Werkwoord

vaporiseren [1]

  1. overgankelijk verstuiven
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vaporiseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.