verbeten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verbeten    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·be·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘met inspanning ingehouden’ voor het eerst aangetroffen in 1605 [1]
  • vervoeging van verbijten: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling ij-ee (IPAː /ɛi/ - /e/)

Bijvoeglijk naamwoord

verbeten

  1. ingehouden met moeite
  2. fanatiek, met grote inspanning

Werkwoord

vervoeging van
verbijten

verbeten

  1. meervoud verleden tijd van verbijten
    • Wij verbeten. 
    • Jullie verbeten. 
    • Zij verbeten. 
  2. voltooid deelwoord van verbijten

Gangbaarheid

  • Het woord verbeten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.