verblindend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verblindend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·blin·dend
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen verblindendverblindenderverblindendst
verbogen verblindendeverblindendereverblindendste
partitief verblindendsverblindenders-

Bijvoeglijk naamwoord

verblindend [1]

  1. van licht dat het zo fel is en zo recht in de ogen schijnt dat men tijdelijk niet meer goed kan zien
    • Het ongeval gebeurde op de Grondhuttenweg in Bentelo. De vrouw zou een hoofdwond hebben en last van haar elleboog. De ambulance is ter plaatse om te helpen. Mogelijk zag de bestuurder de vrouw niet door verblindend licht. [2] 
    • Focus niet op het ‘verblindende’ voertuig dat uit de tegengestelde richting komt. Probeer gewoon naar je eigen rijstrook te kijken [3] 
  2. (figuurlijk) zo mooi dat men daardoor tijdelijk verward wordt
Synoniemen
Vertalingen


Werkwoord

vervoeging van: verblinden
verbogen vorm: verblindende

verblindend

  1. onvoltooid deelwoord van verblinden

Gangbaarheid

  • Het woord verblindend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.