vergader
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vergader (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·ga·der
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vergaderen |
vergader
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vergaderen
- Ik vergader.
- gebiedende wijs van vergaderen
- Vergader!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vergaderen
- Vergader je?
Gangbaarheid
- Het woord vergader staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.