vergrootte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vergrootte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·groot·te

Werkwoord

vervoeging van
vergroten

vergrootte

  1. enkelvoud verleden tijd van vergroten
    • Ik vergrootte. 
    • Jij vergrootte. 
    • Hij, zij, het vergrootte. 

Gangbaarheid

  • Het woord vergrootte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.