verontschuldigend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verontschuldigend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·ont·schul·di·gend

Werkwoord

vervoeging van: verontschuldigen
verbogen vorm: verontschuldigende

verontschuldigend

  1. onvoltooid deelwoord van verontschuldigen
    • ,,Ik heb geen kritiek geuit op de premier’’, zei de president verontschuldigend. ,,Ik heb veel respect voor haar.’’ [1] 
    • In zijn ogen heeft hij zich eerder op zijn eigen manier verontschuldigend genoeg opgesteld, maar werd hij gedwongen tot een formeel excuus. [2] 
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen verontschuldigendverontschuldigenderverontschuldigendst
verbogen verontschuldigendeverontschuldigendereverontschuldigendste
partitief verontschuldigendsverontschuldigenders-

Bijvoeglijk naamwoord

verontschuldigend

  1. op een manier die aangeeft dat je ergens spijt van hebt en daar excuses voor vraagt
     Hoe gaat het trouwens met Gottfrids timmermanswerk aan de dienstwoningen?'Ze gaapte terwijl ze het vroeg, discreet en verontschuldigend, maar toch.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord verontschuldigend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.