verplaats
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verplaats (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·plaats
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verplaatsen |
verplaats
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verplaatsen
- Ik verplaats.
- gebiedende wijs van verplaatsen
- Verplaats!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verplaatsen
- Verplaats je?
Gangbaarheid
- Het woord verplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.