versmallen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  versmallen    (hulp, bestand)
  • IPA: /vərˈsmɑlə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ver·smal·len
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van smal met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
versmallen
versmalde
versmald
zwak -d volledig

Werkwoord

versmallen

  1. overgankelijk nauwer maken, in breedte verminderen
  2. onovergankelijk / wederkerend nauwer worden, breedte verliezen

Gangbaarheid

  • Het woord versmallen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.