videochatte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  videochatte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vi·deo·chat·te
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
videochatten

videochatte

  1. enkelvoud verleden tijd van videochatten
    • Ik videochatte. 
    • Jij videochatte. 
    • Hij, zij, het videochatte. 
  2. aanvoegende wijs van videochatten

Gangbaarheid

  • Het woord videochatte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.