vigerend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vigerend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vi·ge·rend

Werkwoord

vervoeging van: vigeren
verbogen vorm: vigerende

vigerend

  1. onvoltooid deelwoord van vigeren

Gangbaarheid

  • Het woord vigerend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
60 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.