violeerden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  violeerden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vi·o·leer·den

Werkwoord

vervoeging van
violeren

violeerden

  1. meervoud verleden tijd van violeren
    • Wij violeerden. 
    • Jullie violeerden. 
    • Zij violeerden. 

Gangbaarheid

  • Het woord violeerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.