volgroeit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  volgroeit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vol·groeit

Werkwoord

vervoeging van
volgroeien

volgroeit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volgroeien
    • Jij volgroeit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volgroeien
    • Hij volgroeit. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van volgroeien
    • Volgroeit! 
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
volgroeien

volgroeit

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volgroeien
    • ... dat jij volgroeit. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volgroeien
    • ... dat hij volgroeit. 

Gangbaarheid

  • Het woord volgroeit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.