voorbijliepen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voorbijliepen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voor·bij·lie·pen

Werkwoord

vervoeging van
voorbijlopen

voorbijliepen

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van voorbijlopen
    • ...dat wij voorbijliepen. 
    • ...dat jullie voorbijliepen. 
    • ...dat zij voorbijliepen. 
     Gabardinebroek, tweed of lood en bruine wandelschoenen betekende een burger, zoals die op de balkons aan de Strandvâgen 'Bombardeer Hanoi' stonden te schreeuwen wanneer de demonstranten eronder voorbijliepen op weg naar de VS-ambassade.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord voorbijliepen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.