voorziet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voorziet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voor·ziet

Werkwoord

vervoeging van
voorzien

voorziet

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorzien
    • Jij voorziet. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorzien
    • Hij voorziet. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van voorzien
    • Voorziet! 
     We liepen boven op het LA Aquaduct, een lange buis van meer dan 4 meter doorsnee, die Los Angeles van water uit de bergen voorziet.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord voorziet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.