vorder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vorder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vor·der

Werkwoord

vervoeging van
vorderen

vorder

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vorderen
    • Ik vorder. 
  2. gebiedende wijs van vorderen
    • Vorder! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vorderen
    • Vorder je? 

Gangbaarheid

  • Het woord vorder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.