vruchten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vruchten    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vruch·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vrezen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901 [1]

Zelfstandig naamwoord

devruchtenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vrucht
Hyponiemen
  • cactusvruchten
  • doosvruchten
  • dopvruchten
  • jackvruchten
  • kakivruchten
Afgeleide begrippen
  • tropische-vruchtensap
  • vruchtenaspic
  • vruchtenbeignets
  • vruchtenbrandewijn
  • vruchtenthee
  • vruchtentoetje
  • vruchtenyoghurt
  • zeevruchtencocktail
  • zeevruchtensalade

Gangbaarheid

  • Het woord vruchten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.