waggelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: waggelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wag·gel·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
waggelen |
waggelde
- enkelvoud verleden tijd van waggelen
- Ik waggelde.
- Jij waggelde.
- Hij, zij, het waggelde.
- Ik waggelde.
Gangbaarheid
- Het woord waggelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.