willigen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  willigen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • wil·li·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
willigen
willigde
gewilligd
zwak -d volledig

Werkwoord

willigen [2]

  1. ergatief (economie), (verouderd) hoger in prijs worden
    • Het koren was wat gewilligd. 
  2. zich gewillig schikken in
Hyponiemen
  • arbeidswillige
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord willigen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
72 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.