zakenpartnertje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zakenpartnertje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • za·ken·part·ner·tje

Zelfstandig naamwoord

hetzakenpartnertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zakenpartner
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.