zopen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zopen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈzopə(n)/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /zopə(n)/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /zopə(n)/
Woordafbreking
  • zo·pen

Werkwoord

vervoeging van
zuipen

zopen

  1. meervoud verleden tijd van zuipen
    • Wij zopen. 
    • Jullie zopen. 
    • Zij zopen. 

Gangbaarheid

  • Het woord zopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
64 %van de Nederlanders;
48 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.