zwanenparen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwanenparen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwa·nen·pa·ren

Zelfstandig naamwoord

dezwanenparenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zwanenpaar

Gangbaarheid

  • Het woord zwanenparen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.