zwatelden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwatelden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwa·tel·den

Werkwoord

vervoeging van
zwatelen

zwatelden

  1. meervoud verleden tijd van zwatelen
    • Wij zwatelden. 
    • Jullie zwatelden. 
    • Zij zwatelden. 

Gangbaarheid

  • Het woord zwatelden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.