zweemt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zweemt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zweemt

Werkwoord

vervoeging van
zwemen

zweemt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwemen
    • Jij zweemt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwemen
    • Hij zweemt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zwemen
    • Zweemt! 
     Dat zweemt naar ironie, hè? Hoeveel schetsen hebt u van me, mademoiselle Collison?' 'Ik wilde zo veel aspecten van uw gezicht hebben als maar mogelijk was en ze met elkaar laten versmelten.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord zweemt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Victoria Holt
    “Minnares van de duivel” (1982), Saga, ISBN 9788726484731
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.