zwemkaartje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwemkaartje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwem·kaart·je

Zelfstandig naamwoord

hetzwemkaartjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zwemkaart
     "Ik bracht er regelmatig de zomervakanties door, ik weet nog dat ik van mijn oom en tante geld meekreeg voor een zwemkaartje.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord zwemkaartje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Annemarie Kruiper
    “Gewoonweg schitterend Wandelingen en ontmoetingen op het Pieterpad” (2023), AM Books, ISBN 9789090369914
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.