zwendelaars

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwendelaars    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwen·de·laars


Zelfstandig naamwoord

de zwendelaars mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zwendelaar
    ▸ Een jaar of twee, drie terug had Gombrowski van een van zijn vriendjes uit de politiek al gehoord dat de regio Unterleuten in het vizier van de energietransitie-zwendelaars was gekomen.[1]
    ▸ Hij was dan ook bang dat zij zijn mening over het Sterren Onze Bestemming Project eruit zou flappen: die truc van de VN is al meer dan tien jaar geleden geprobeerd door een stelletje zwendelaars.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord zwendelaars staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. ↑ “Ons soort mensen” (2016), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026334672
  2. ↑
    Liu Cixin
    “Het einde van de dood” (2021), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645835
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.