zwenkt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwenkt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwenkt

Werkwoord

vervoeging van
zwenken

zwenkt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwenken
    • Jij zwenkt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwenken
    • Hij zwenkt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zwenken
    • Zwenkt! 

Gangbaarheid

  • Het woord zwenkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.