zwerf

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwerf    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwerf

Werkwoord

vervoeging van
zwerven

zwerf

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwerven
    • Ik zwerf. 
  2. gebiedende wijs van zwerven
    • Zwerf! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwerven
    • Zwerf je? 
     'Ik zwerf al zo lang door het bos.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord zwerf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Amanda Block
    “De verloren verteller” (2021), The house of books, ISBN 9789044363647
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.