codeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  codeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • co·deer·de

Werkwoord

vervoeging van
coderen

codeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van coderen
    • Ik codeerde. 
    • Jij codeerde. 
    • Hij, zij, het codeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord codeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.