grondeleend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  grondeleend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gron·del·eend
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grondeleend grondeleenden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

degrondeleendv/m

  1. Anas clypeata  eenden die onder meer hun voedsel meestal aan het oppervlak van ondiep water zoeken of daaronder, door middel van grondelen. Daarbij steekt het achterlichaam rechtop uit het water en bevinden kop en hals zich onder water.

Gangbaarheid

  • Het woord grondeleend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
42 %van de Nederlanders;
33 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen