wordingsleer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wordingsleer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wor·dings·leer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wording en leer met het invoegsel -s-
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | wordingsleer | wordingsleren |
| verkleinwoord | wordingsleertje | wordingsleertjes |
Zelfstandig naamwoord
wordingsleer
- (wetenschap) leer van het ontstaan van de dingen
Gangbaarheid
- Het woord 'wordingsleer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.